Ik heb al een mooi aantal kinderboeken mogen illustreren, en daar ben ik super trots op. Maar ik word het meest blij wanneer mijn twee vakliefdes bij elkaar komen: illustreren en grafisch ontwerpen. Voor een aantal kinderboeken mocht ik naast de illustraties ook het grafisch ontwerp verzorgen. En daar gaat mijn creatieve hart sneller van kloppen.
Vandaag neem ik jullie mee in het proces van het ontwerpen van een spread (ik leg je zometeen uit wat dat is). In dit geval een spread voor het boek Professor Grutjes zoekt de uitknop (geschreven door Debbie van Osch-Voorhaar en Chantalle Weemaes).
Voor de grafisch-ontwerp-leken onder ons leg ik eerst even uit wat een spread is: sla een boek open op een willekeurige pagina en de twee pagina’s die je daar naast elkaar ziet noem je een spread. Zo simpel kan het zijn.
Welnu: bereid je voor op een kijkje in mijn creatieve keuken.
Het opzetten van de lay-out van een boek begint altijd met het verspreiden van de tekst over een beoogd aantal pagina’s. Voor dit boek wist ik dat ik op ongeveer 64 pagina’s mocht rekenen. Wanneer je alle tekst hebt en weet hoe lang ieder hoofdstuk gaat zijn, kun je bepalen hoeveel pagina’s ieder hoofdstuk mag ongeveer beslaan.
Daarna is het tijd om te kijken waar de tekst om illustraties vraagt en hoe de indeling van de spread eruit moet zien. Voordat ik echt ga schetsen, maak ik een gatenproef zoals dat heet (die zie je op de afbeelding hierboven). Dit is een grove opzet van de spread die me een globaal beeld geeft van de hoeveelheid tekst en illustraties (hier vlug aangegeven met gele vlakken). Fun fact: ik had zelf als kind een hekel aan lezen, en ik werd altijd erg blij van kleine blokjes tekst. Omdat ik weet dat veel kinderen worstelen met grote lappen tekst, probeer ik langere stukken tekst altijd op te knippen, zodat het omslaan van de pagina wat minder overweldigend is.
Vervolgens ga ik aan de slag met het maken van schetsen voor de illustraties. Vervolgens zet ik deze in de gatenproef om te kijken of de layout een beetje uitkomt zoals ik die in mijn hoofd had. Omdat hier soms in een vroeg stadium al blijkt dat ik met illustraties moet schuiven, of dat illustratie-ideeën moeten sneuvelen omdat er geen ruimte voor is, maak ik niet alle schetsen tegelijk. Als blijkt dat voor een illustratie geen plaats is, kan ik me het werk van het schetsen besparen.
In dit stadium zet ik ook vast wat typografie om in de uiteindelijke fonts; ook die bepalen veel in het uiterlijk van en de ruimte binnen een spread.
De volgende stap is het inkleuren van de illustratie (in deze blogpost kun je lezen hoe dat eraan toegaat) en het vormgeven van de accenttypografie. Zoals je hierboven ziet bleef er ruimte over om een alinea van de vorige pagina naar deze pagina te verplaatsen.
Al snel werd voor mij duidelijk dat op de linkerpagina onvoldoende ruimte overbleef voor de illustratie van Gert in de massagestoel. En dus paste ik de gatenproef aan; dit gaf ruimte om wat extra speelse typografie toe te voegen.
De volgende stap bestond uit het maken van de schetsen voor de rechterpagina. Hier bleek dat de achtbaan-illustratie meer ruimte in beslag zou nemen dan mijn grove aanduiding van het gele vlak.
Nadat ik de illustraties heb ingekleurd, plaats ik ook deze in de layout. Door de alinea onder de achtbaan wat speelser vorm te geven, kon de alinea rechtsboven ook wat gunstiger ingedeeld worden. Dit zorgde ervoor dat er ruimte vrijkwam om de illustratie van Gert net een tikje groter te maken.
De laatste stap is het toevoegen van de accenttypografie en het hier en daar finetunen van de layout. Daarna is de spread klaar en kan hij ter goedkeuring naar de redactie (in dit geval de auteurs) worden gestuurd voor feedback.
Voor het gehele boek doorloop ik dit proces dus zo’n dertig keer. Een tijdrovende, maar superleuke klus.
Ben jij op zoek naar een illustrator of vormgever voor jouw project? Neem dan gerust contact met me op.